Amsterdam
Bron

In deze bron zie je een brief uit 1798 van majoor Adam Hoops, een landmeter van Robert Morris en de Holland Land Company (HLC), aan Theophile Cazenove, de agent van HLC.

Als landmeter was het de taak van Hoops om het land van het HLC te meten en te observeren, samen te werken met andere landmeters en zijn bevindingen te rapporteren aan agenten van het HLC. In deze brief schrijft Hoops aan Cazenove over de noodzaak van het aanleggen van wegen om de oostelijke en westelijke delen van het land dat eigendom is van de HLC met elkaar te verbinden. Hij beschrijft de ideeën van kapitein Charles Williamson, een rijke landeigenaar in Genesee County, over waar deze wegen zouden moeten komen.

Het belang van nieuwe wegen

Volgens Hoops is reizen tussen de verschillende stukken land die eigendom zijn van het HLC voor mensen en wagens vrijwel onmogelijk. Hoewel kapitein Williamson onafhankelijk probeerde een weg aan te leggen die Pennsylvania en Genesee County met elkaar verbond, is deze ‘nu zo slecht dat hij nog maar weinig door wagens wordt gebruikt.’ Omdat reizen voor medewerkers van het HLC en kolonisten een ‘zware onderneming’ is, vinden eerstgenoemden de communicatie traag en ingewikkeld, terwijl laatstgenoemden terughoudend zijn in het kopen van land. Hoops gelooft dat deze problemen kunnen worden aangepakt door nieuwe wegen aan te leggen.

De wegen en de kaarten

Bij de brief zijn twee kaarten gevoegd die aangeven waar deze wegen moeten zijn. De originele kaart werd in 1791 gemaakt door John Adlum en John Wallis (twee landmeters en cartografen die voor Morris werkten), en Hoops gebruikte deze kaart om de twee kaarten te schetsen die in 1798 aan de brief waren bevestigd en die aangeven waar de wegen naartoe moesten gaan. Als vierde en vijfde afbeelding bij deze bron kun je de twee kaarten bekijken.

De rode lijnen op de eerste kaart geven de algemene richting aan van wegen die zowel het publiek als het bedrijf ten goede komen. De rode stippellijnen tonen wegen die “grote grondbezitters in de provincie Genesee onmiddellijk interesseren”, wat betekent dat er een stimulans is om ze aan te leggen. Ten slotte markeren de zwarte stippellijnen op het grondgebied van Pennsylvania de locatie van ‘enigszins ingekorte’ wegen die nog niet open zijn maar waaraan gewerkt wordt. 
De wegen die op beide kaarten als “c” en “N” zijn gemarkeerd doorsnijden de reservaten Allegany en Tonawanda van de Seneca-volken, zoals gedefinieerd het verdrag van Big Tree.

Moreel aspect

Het is interessant dat Hoops tegen het einde van zijn brief schrijft dat grondbezitters vanwege de ontoegankelijkheid van het land boerderijen aan kolonisten doneren om hen geïnteresseerd te maken. Hij denkt echter dat een dergelijke strategie ‘ijdele en waardeloze mensen’ aantrekt. Hoops redeneert dat als de beschreven wegen worden aangelegd “de juiste soort kolonisten” die “zowel gewoonten als principes hebben die gunstig zijn voor orde en goed bestuur” uiteraard geïnteresseerd zullen raken in het kopen van land van de HLC.

Herkomst

Datering

1798

Collectie

333-130, Archief van de Holland Land Company

Organisatie

Stadsarchief Amsterdam

Link

https://archief.amsterdam/inventarissen/file/3a6343ee-b833-4d4d-3ba9-453412dd6432

Gerelateerde thema's

De Holland Land Company

Beschikbare tools

Overzicht van alle transcripties

Overzicht van bron(nen) op de kaart

Alle bronnen